He who works with his hands is a Labourer, He who works with his hands and his head is a Craftsman, He who works with his hands, his head and his heart is an Artist.
Op de volgende pagina's heb ik m'n werk onderverdeeld. Zoals je kunt
zien, heb ik nog geen eigen stijl of "specialiteit". Daar zit ik ook niet op te
wachten., het bevalt me zo prima. 't Is een behoorlijk divers geheel. Ik vind 't gewoon leuk
om experimenteel met klei bezig te zijn. Ik hou van natuurlijke vormen, 't hoeft niet allemaal symmetrisch te
zijn. Biscuit Biscuit bakken is et bakken van het werkstuk in een oven op 900ºC tot 1000ºC.
Daarna kan het eventueel geglazuurd en opnieuw gebakken worden op een voor het glazuur geschikte
temperatuur. Glazuur Bij m'n geglazuurde werkstukken heb ik de glazuur op allerlei verschillende
manieren opgebracht. Met 'n penseel, gespoten, gegoten en gedompeld. Ook werkt 't vaak fijn om Arabische gom door de glazuur te doen; je kunt
't werkstuk gemakkelijker vastpakken, zonder dat de glazuur aan je vingers blijft zitten.
'n Paar keer heb ik afvalglazuur (van alles en nog wat in een emmer) gebruikt, wat heel
verrassend bleek te werken. Oordeel zelf ! Glazuren zijn er te kust en te keur. Alle kleuren en kleurcombinaties zijn
mogelijk. Ook met de manier van opbrengen kun je alle kanten in. Je kunt het toepassen op het
biscuitgebakken werkstuk, maar ook op het ongebakken werkstuk is mogelijk. Niet ieder glazuur is
voor iedere temperatuur geschikt. Raku Raku is dus echt iets waar ik gek op ben. Het is keer op keer weer zo
verrassend en onvoorspelbaar. De raku-techniek is een techniek die van oorsprong uit Japan
afkomstig is. Men gaat uit van klei waaraan een groot gedeelte chamotte (kleine stukjes gebakken klei) is toegevoegd. Dit is om als buffer te
dienen voor de grote temperatuursschokken die bij het raku-
stoken optreden. Het raku-stoken is een buiten activiteit, dit vanwege de
aanzienlijke rookontwikkeling. Het stoken gebeurt in een gasoven (bijv. een geïsoleerde olie-ton).
Het werkstuk, eerst biscuit gebakken en daarna geglazuurd, wordt in de oven geplaatst en d.m.v. een
gasbrander verhit tot het glazuur begint te vloeien. Daarna worden de roodgloeiende werkstukken met
een tang uit de oven gehaald en in een bak gelegd die gevuld is met bijvoorbeeld zaagsel of
bladeren, die daarna gesloten wordt. Door het grote temperatuurverschil begint het glazuur te
craqueleren. In de zaagselton vindt door het zuurstoftekort reductie plaats en de ontstane rook
trekt in de barstjes van de glazuur en ook de niet geglazuurde gedeeltes kleuren zwart. Na een
tijdje wordt het werkstuk in een bak water verder afgekoeld. Doordat de raku-glazuur lood-, koper-,
en andere metaalzouten kan bevatten kan men door reductie allerlei kleurencombinaties krijgen. Als
je bijvoorbeeld uitgaat van een glazuur dat o.a. koperzouten bevat, dan kun je kleuren krijgen die
variëren van blauw tot rood, van het metaal koper zelf. Met de raku-techniek is het onmogelijk om
twee gelijke werkstukken te maken, omdat het eindresultaat vaak van toevalligheden aan elkaar hangt.
Het is een schitterende techniek en niet alleen voor de pottenbakker maar ook voor eventuele
kijkers. Engobe /
oxide Engobes dus. Nog een hele weg te gaan. Mogelijkheden genoeg. Ik
heb ze op twee verschillende manieren opgebracht: polijsten en "opborstelen". Gezien
m'n schamele verzameling heb ik nog een hele weg te gaan. Ook het werken met oxides opent perspectieven. Je krijgt mooie natuurlijke, vaak
zachte, kleuren.